Paar weekends geleden een bosweekend gehad: op zaterdag een orientatieloop, zondagmorgen de bosloop en in de namiddag een georganiseerde wandeling. Met de kindjes in de bolderkar.
Orientatieloop
Ik had al vaker gehoord van orientatielopen, ooit eens wat van begonnen opzoeken: toen we nog in Diest woonden, stonden in het park achter ons deur op een zondagmorgen plotseling om de paar minuten lopers met kaartjes en plannetjes in de hand. Leek me wel leuk. Uiteindelijk er achter gekomen dat je een stafkaart krijgt, waarop controlepunten staan aangeduid, en waarbij je verwacht wordt van het ene naar het andere punt te lopen.
Waarom het nog zo lang heeft geduurd voor ik het eens probeerde, geen idee. Koudwatervrees waarschijnlijk. Maar bij het foldertje van de Bosloop (gekregen bij The Classic) stond ergens in het klein dat Omega, de orientatieclub uit Diest, de dag voordien ook in Gerhagen een loop organiseerde. En dat er initiatie voorzien was voor beginners. Eens gemaild, en er naartoe getrokken. Een geweldige uitleg gekregen van een zekere Kris – en ook zijn kompas mogen lenen, het mijn stomweg thuis laten liggen – en voor de kortste afstand, 3500m, gekozen. Lijkt niks kwa loopafstand, maar dat is de afstand tussen de controlepunten in vogelvlucht. En de start was 1800m verder. Ik zou volgens mijn footpod uiteindelijk 9,6km lopen.
Het deelnemersveld blijkt veel ouder te zijn: het is precies wel populair bij tieners, maar zeker op mijn afstand is zowat iedereen al gepensioneerd. En als ik iets amateuristisch, provisorisch had voorzien: volledig mis. Je krijgt een emit, een badge ter grootte van een stevige sleutelhanger die je tegen elke controlepost moet houden. En voor het starten wordt een stevige elektronische klok gebruikt. Ook bij aankomst: je emit wordt uitgelezen, en je krijgt meteen alle tussentijden, gemiddelde snelheid en dergelijke uitgeprint. Knap.
Een wedstrijd zelf is al bij al vrij intens. Zoals Kris het had uitgelegd: je kan kiezen om zoveel mogelijk op paden te blijven – want dat loopt sneller- maar dan moet je veel meer afstand afleggen, of zo recht mogelijk van punt naar punt te lopen. Maar dat betekent dwars door bos, braamstruiken, grachten en beken. Het hangt er van af wat je voorkeur en/of je sterkste punt is. De controlepunten blijken ook telkens erg goed verstopt: in een greppel, in een braamstruik… Een paar keer echt lang zitten ploeteren om het te vinden, een paar keer ook geluk gehad dat ik een andere deelnemer het zag vinden… en een paar keer gedacht dat ik het had, en net op tijd gezien dat het van een andere omloop was.
Soit, geweldig leuk, feitelijk. Alleen die tekenbeet op mijn bovenarm had niet echt gehoeven. Maar feitelijk ook mijn eigen schuld: dwars door dichtbegroeid bos, door struiken lopen in korte mouwen is niet bijzonder slim. In elk geval: een vijfbeurtenkaart gekocht, en normaalgezien doe ik er nu zondag nog een, in Tielen (bij Kasterlee).
De bosloop
Elke laatste zondag van juli gaat er in Gerhagen, het bosgebied waar ik de meeste van mijn trainingen al heb afgewerkt, een bosloop door. Een beetje vreemd eigenlijk dat ik nog nooit heb deelgenomen, het moet zowat de meest nabije wedstrijd zijn (op de Schootse Parochiejogging, midden september, na). Er zijn drie afstanden: iets meer dan 4, iets meer dan 8 en een dikke 13. Enkel start & finish is op straat, al de rest is op bospaden – zou anders ook belachelijk zijn om het de ‘Bosloop’ te noemen, natuurlijk.
De dag ervoor, bij de orientatieloop, al gezien dat er een paar weiden zijn afgezet als parking, en dat er een megatent staat, dus er wordt toch wel wat volk verwacht. Maar uiteindelijk lijkt het praktisch toch niet te lukken kwa agenda. Ik heb zelfs al mijn loopkleren aan om een gewoon toerke te gaan doen, wachtend tot Griet & Andreas terug zijn van de bakker. Maar Griet spoort mij aan om toch nog te gaan proberen – al is het al kwart voor tien, en wordt de 4 km al een half uur later op gang gefloten.
Waarom niet, ik kan het maar proberen. Ik neem wel de wagen ipv de mountainbike, en vertrek. Parkeren, inschrijven en tas afgeven… Ik ben twee volle minuten voor de start aan het startvak, dus net op tijd. Meer moet dat eigenlijk niet zijn: ik heb toch niet echt de gewoonte om mij op te warmen. Niet bij deze korte afstanden & temperatuur (goeie 20°), maar eigenlijk sowieso zo goed als nooit.
Niet echt naar deze wedstrijd toegeleefd, maar ik wil toch graag een goede tijd neerzetten, dus ik start vrij snel. Geen al te groot deelnemersveld, en redelijk vooraan gestart, dus veel inhaalproblemen heb ik niet – en ik wordt zelf ook niet zo vaak voorbijgestoken. Maar mijn snelheidsmeting gaat de mist in: ik heb nog niet gevonden hoe ik mijn footpod goed bevestigd krijg aan mijn F-Lites. Ik start wel redelijk snel, maar ik geloof nooit dat ik echt aan 3’28″/km ben vertrokken. Dan maar afgaan op hartslag, en de kilometeraanduiding van het parcours. Blijkt dat mijn eerst km toch net onder de 4 minuten is, mijn tweede aan 4’24” of zo. En ik verzwak wel nog verder. Uiteindelijk leg ik de 4 230m af in 18’42”, goed voor een 47ste tijd op 242 finishers. Best tevreden mee. Nog een DVD van een TV kok (waar ik nog nooit van had gehoord) gescoord met de tombola, en onmiddellijk terug naar huis. Ik weet het, niet echt sympathiek naar de organisatie…
Maar ‘s namiddags is er nog een ‘Stabbelwandeling’, een wandeling georganiseerd door de streek-VVV’s (Nete-vallei) gericht op (gezinnen met) kleine kinderen. Uiteindelijk volgen deze de knooppunten van het Merodenetwerk, deze keer in het deel van de Averboodse Bossen het dichtst bij ons. Ook trainingsgebied… 🙂
(Originally posted: 15-08-2012 14:12)